Het is voor allochtonen een bekend verhaal: In Nederland voel je je niet helemaal thuis, maar wanneer je in “je eigen land” bent ben je eigenlijk ook weer een buitenlander. Het is die identiteitsverwarring (crisis is wat zwaar aangezet) die je soms in de war brengt.
Wie ben ik nou? Een Nederlander? Ja maar in Nederland ben ik allochtoon en wordt mij op allerlei subtiele (en minder subtiele) manieren duidelijk gemaakt dat ik toch anders ben. Een allochtoon dan (Arubaan, Marokkaan, Turk, whatever..)? Maar als ik naar “huis” ga noemen ze me allemaal Nederlander en begrijp ik de mensen daar ook niet echt.
Zeker in de pubertijd, wanneer identiteit sowieso een issue is, kan dit verlammend werken. Iedereen wil ergens bijhoren. Iedereen wil het gevoel hebben dat ze onderdeel zijn van een groter geheel: van een familie, van een vriendengroep, van een gemeenschap, van een maatschappij.
Een deel van die identiteit ligt in het heden: met wie je omgaat, de taal die je spreekt, de wijk of stad waar je woont en meer van dat soort pijlers. Een ander – zeer relevant deel – ligt in het verleden. Waarom woon je in die wijk, waarom in die stad, waarom in dat land en hoe ben je daar gekomen of in steeds meer gevallen hoe zijn je ouders daar gekomen.
Voor autochtone kinderen is die geschiedenis duidelijk en waar dat niet zo is, helpt het onderwijs een handje door les te geven over deze geschiedenis. Voor migrantenkinderen is juist die vraag onduidelijk. Want waar ligt het “gisteren” van deze kinderen? Niet in het land van herkomst. Als Arubaanse ben ik zeer geïnteresseerd in de geschiedenis van Aruba, maar die geschiedenis zegt niet veel (in ieder geval niet genoeg) over mijn leven hier. Waar ik veel meer behoefte aan heb is informatie over hoe, wanneer, waarom en onder welke omstandigheden Arubanen naar Nederland zijn gekomen. Dat zegt namelijk veel meer over mijn huidige situatie.
Door de geschiedenis van migranten vanaf het moment dat zij in Nederland arriveerden op te nemen in geschiedenislessen geef je allochtone jongeren een stukje identiteit terug. En niet zomaar een identiteit, maar eentje die zowel de Nederlandse als de andere culturele achtergrond respecteert. Met het opnemen van deze lessen in het curriculum zeg je als maatschappij dat deze migrantenkinderen er daadwerkelijk bijhoren. Dat ze onderdeel uitmaken van het verhaal van Nederland, het land waar zij zijn geboren. Het maakt het voor hen makkelijker om voor Nederland te kiezen in plaats van zich uit verdediging tegen alle negativiteit en angst voor gebrek aan een eigen identiteit af te keren van alles wat Nederlands is.
Los van dit alles vergroot je op basale wijze de kennis van alle kinderen over de maatschappij waarin zij opgroeien. En vertel je het verhaal over de multiculturaliteit waar Nederland nog steeds trots op mag zijn. Want ook dat is van oudsher een belangrijk onderdeel van de Nederlandse geschiedenis.
2 comments