Tegenwoordig zit ik in een schrijfclubje. Eerlijk: ik houd helemaal niet van clubjes, maar werd gevraagd door iemand die ik zeer waardeer en een JA ontglipte mij.
Nu schrijf ik maandelijks een tekst. Geen blog. Geen artikel. Geen column. En dat is wennen.
Eigenlijk publiceer ik het nooit. Want…nou ja, het is geen blog, geen artikel en geen column snappu.
Maar, ik wil het wel bewaren, dus bij deze zo’n opdracht. Dit keer moesten we 1 scène beschrijven vanuit een detached narrator en dezelfde scène vanuit een observor narrator.
Moeilijk man.
Mijn inzending gaat over vrouw-zijn in de publieke ruimte. Let me know what you think. Of niet.
Deel 1: detached narrator
Een vrouw met donker krullend haar zit op een terras. Haar rug is naar de straat gekeerd. Op tafel staat haar volle glas rode wijn. Ook aan de tafel zitten drie mannen. Hun overhemden wit, hun mouwen opgerold. Bierglazen, halfleeg.
Verderop op het terras zit een groep met enkel mannen, rond een grote tafel. Hun jasjes hangen over stoelleuningen. Stropdassen liggen op tafel. Hun stemmen dringen door het terrasgeruis heen.
De vrouw draait haar wijnglas een kwart slag. Dan nog een kwart. Haar vingertoppen zijn nat van het condenswater dat inmiddels aan de buitenkant van het glas is ontstaan.
Een man aan de andere tafel, grijs pak, rode stropdas om zijn nek, laat zijn elleboog op de tafel rusten. Zijn hoofd draait naar de vrouw. Zijn ogen blijven daar. Tien seconden. Vijftien.
Hij zegt iets tegen de man naast hem. Die man kijkt ook. Dan de derde. Dan de vierde en vijfde. Vijf paar ogen.
De vrouw kijkt naar haar glas. Haar schouders bewegen bijna niet observeerbaar, een centimeter omhoog.
De man naast haar, donker pak, witte overhemd, volgt hun blikken. Hij glimlacht naar de andere tafel en knikt.
De man in het grijze pak knikt terug. Hij roept iets. De andere mannen lachen.
De vrouw vouwt haar armen over elkaar, ze glimlacht, maar de glimlach blijft halverwege haar gezicht steken en raakt haar ogen niet.
Dan staat één van de mannen van de andere tafel op. Blond haar, blauw overhemd. Hij loopt niet naar de bar. Hij loopt naar de tafel waar de vrouw zit.
De ademhaling van de vrouw wordt onregelmatig. Haar borst rijst sneller dan hij daalt.
De blonde man blijft staan achter de stoel van de man naast haar. Hij legt zijn hand op de rugleuning. Zijn vingers een paar centimeter verwijderd van haar schouder.
Hij zegt iets. Zijn stem is te hard voor de afstand. De vrouw krimpt ineen. Nogmaals biedt ze de glimlach die een deel van haar gezicht raakt.
De man naast haar lacht. Hij slaat de blonde man op zijn arm. Vriendschappelijk.
Een tweede man staat op van de andere tafel. Kleiner, dikker, groen overhemd. Hij neemt zijn bierglas mee. Het glas zweeft boven haar hoofd terwijl hij staat.
De vrouw drukt haar handen plat op tafel. Haar knokkels zijn wit onder de huid.
De blonde man buigt voorover. Zijn gezicht dichtbij het gezicht van de vrouw.
Ze schuift haar stoel achteruit. De poten schrapen over de tegels. Een hoge, krassende toon.
De man tegenover haar, blauw overhemd, gouden horloge, zegt iets tegen de staande mannen. Hij wijst naar haar. Hij lacht.
De vrouw staat abrupt op. Te snel. Haar stoel kantelt achterover en valt. Het geluid, plastic tegen steen, snijdt door het terrasgeruis. Alle gesprekken stoppen. Twintig hoofden draaien zich om. De vrouw staat, tussen de gevallen stoel en de tafel. Het is stil.
Deel 2: observor narrator
Ik zat aan de bar een biertje te drinken toen die groep binnenkwam. Vrijdagmiddag, kantoorborrel zo te zien. Pakken, stropdassen, dat herken je meteen.
Eén vrouw tussen de mannen en een knappe meid. Donkere krullen tot over haar schouders, goed gekleed. Je zag meteen dat ze gewend was aan aandacht. Niet dat ik haar dat kwalijk neem. Als je er goed uitziet, dan gebruik je dat toch? Zo werkt de wereld nou eenmaal.
Ze zat ontspannen tussen haar collega’s. Lachte mee, maakte oogcontact. Draaide haar wijnglas rond. En toen ze die blikken opving, zag je haar schouders een beetje rechten. Dat doen vrouwen als ze weten dat ze bekeken worden. Houding verbeteren, zich presenteren. Ze wist precies wat ze deed.
Die gasten aan de andere tafel hadden haar verschijning ook opgepikt. Een groep van vijf, hadden duidelijk al wat gedronken. Bijna weekend, ik snap dat wel. Ze keken haar kant op, zeiden wat tegen elkaar. Gewoon mannen die een mooie vrouw zien…natuurlijk ga je daar naar kijken.
En eerlijk zij speelde er wel een klein beetje mee. Niet dat ze terugkeek of zo, maar ze deed ook niet alsof ze het niet doorhad. Soms glimlachte ze, niet naar hen, maar gewoon. alsof ze genoot van de aandacht.
Na een tijdje stond een van die jongens op en liep even langs haar tafel. Snap ik wel, even een praatje maken met zo’n mooie dame. Volgens mij zeiden ze iets aardigs een complimentje of zo. Haar eigen collega’s reageerden positief, die begonnen mee te lachen.
Zij glimlachte ook. Een beetje verlegen misschien, maar niet onaardig. Als ze het echt vervelend had gevonden, dan zou het heus wel laten merken. Ik zag dat ze haar handen stevig op tafel hield, helemaal geconcentreerd op het gesprek. Gezellig groepje zo. Ook haar collega’s vonden de nieuwe aanwas duidelijk gezellig.
Toen kwam ook een tweede gast eens kijken. Die liet zich zo’n kansje natuurlijk niet afpakken.
De tweede gast had ook iets te zeggen. Hij boog zich voorover naar haar, waarschijnlijk gewoon om beter te kunnen horen boven het terrasgeluid uit. Zij deed een beetje schattig, zo’n onschuldig gebaartje. Mannen vallen daar altijd voor.
En toen ineens echt uit het niets, sprong ze op alsof er brand was. Haar stoel viel achterover, kletterde op de grond. Alsof ze aangevallen was of zo. Iedereen keek. Het terras was stil.
Ik begreep er letterlijk niks van. Ze had zelf toch meegedaan het hele gesprek? Ze glimlachte, liet merken dat ze de aandacht niet erg vond. En dan ineens doen alsof er iets ergs gebeurde. Tegenwoordig kun je als man beter helemaal niks meer zeggen.
Ik ben het maar hoor, niet stressen.
I’ve spent over 25 years working in content strategy and digital transformation, which means I’ve seen enough technology hype cycles to be skeptical and enough genuine innovation to stay curious.
Want to talk shop? Do get in touch!


