Starten met schrijven. Op het moment lijkt niks moeilijker, maar ook niks zinvoller. Schrijven om van de stress af te komen waarvan ik zelf niet eens meer merk dat het er is. Stress die er waarschijnlijk ook echt niet meer is, maar die zo lang heeft bestaan, dat ik ook zonder concrete aanleiding in stress-modus blijf hangen. En geloof me, dat is niet prettig. Behalve bonkende koppijn, duizeligheid en het gevoel alsof ik flauwval is het vooral het wegvallen van het geluid, het licht en het basale begrip van de Nederlandse taal erg vervelend. Het gevoel dat ik iets moet, zonder te weten wat, de onrust is nog het minste.
Stress. Althans volgens de huisarts. Erg ontevreden was ik met haar diagnose. Ik heb liever iets waar een fijn, makkelijk door te slikken pilletje of als het echt moet een injectie voor is. Dit heb je, hier is een pil. Lekker simpel. Voor je het weet ben je weer helemaal bij. Maar nee: stress dus. Het feit dat ik zelf niet vind dat ik stress heb, maakt alleen maar meer dat het stress is. Zo keek mijn huisarts in elk geval wel naar me.
Op naar de fysio dus, op aanraden van diezelfde arts. Ademhalingstherapie. Ogen dicht. Een lijntje om mezelf tekenen. Uit het lijntje stappen en de ruimte tussen de lijnen door bekijken. Het nam allemaal – ondanks haar kalme zweefkezen stem – geen stress weg. Voegde eerder stress toe. Een vleugje agressie ook. Bij het kijken naar de ruimte tussen mijn lijntjes, de drang om de fysio-vrouw ertussen te wurgen.
Nu maar weer schrijven. In een schrift. Ook met lijntjes en ruimte. Misschien had de fysio-vrouw dan toch een punt, maar wel een kleintje.
Ik ga het gewoon proberen. Maar dan wel op mijn eigen manier. Met een pen.
(en dan op de pc…sssst)
Ja, dat we hier weer vaak iets van je lezen!