Als roker ben je tegenwoordig steeds vaker persona non grata. Niet-rokers zijn de laatste jaren bijna allemaal veranderd in boy-in-the-bubble types die niks kunnen verdragen. Gek genoeg was die zwakke inborst veel minder aanwezig in de jaren voorafgaand aan de rokersjacht van onze regering en de professionele zeikstralen van Stivoro.

Nu is het al zo ver dat rokers straks in de horeca binnen niet meer welkom zijn – althans mét sigaret. Geen keuze. Niet rookvrije café”s hier – en wél-gezellige café’s daar. Nee gewoon simpel: jij hebt niks te zeggen, dat besluiten wij wel voor je – uit die sigaret.

In het Utregse willen horecabazen ons rokers nog best een beetje tegemoet komen. Het is in de winter buiten niet te harden namelijk (had je maar niet moeten roken pist nu de niet-roker hier tegenaan, met dat walgelijke toontje dat erbij hoort en die misplaatste neerbuigende glimlach) en daarom zetten onze horecabazen van die warmteroosters buiten. Aardig of niet? Wel dus. Niet alleen lekker voor rokers, maar ook gewoon lekker voor niet-rokers. Kijk, dat gunnen wij jullie wel!

Voor GroenLinks is dit alleen geen optie: niet milieuvriendelijk genoeg. Snap ik…snap ik…ik voel mee. Mijn voorstel zou dan ook zijn om alle rokers een dikke bontjas cadeau te doen. Iedereen blij, geen extra CO2 uitstoot, broeikaseffect en enge dingen. Gewoon een lekker dikke jas en een peuk. Modieus, warm en gezellig. Een win-win situatie voor roker en niet-roker.

Okay okay, ik ben tegen bont. Bont is zooooo 1983. Maar als dieren niet mogen worden opgejaagd, waarom rokers dan wel?