De dag na de begrafenis gaan we eten met mijn zusje en een aantal nichtjes en neefjes. De begrafenis heeft ons duidelijk dichter bij elkaar gebracht en het is onwijs gezellig. Die avond gaan we ook uit. Niet echt trouwens. We gaan naar de bar van de vrouw van mijn tante. Eigenlijk is de bar i.v.m. de dood van mijn oma gesloten, maar zij opent het speciaal voor ons. We hebben dus de hele bar voor onszelf. En het is vreselijk gezellig.
Pas om 5 uur kruip ik – licht tot matig aangeschoten – mijn nest in. De volgende dag vertrekt mijn zusje en we willen samen naar het strand. Om 8:30 ben ik er dus alweer uit. Samen hangen we – te kort – op het strand, ontmoeten nog een keer mijn neefjes en nichtjes en lunchen met mijn ouders.
Ik ben degene die mijn zusje naar het vliegveld zal brengen, maar we hebben nog tijd en besluiten een cocktail te drinken bij Café/restaurant Cilo (aanrader). Wanneer die op is, gaan we ook nog even naar het casino om 20 dollar te doneren. Maar we winnen beide 40 dollar op de slotmachines en lopen blij naar buiten. Há, het niet in het graf gooien van mijn lintje brengt dus helemaal geen ongeluk.
Ik breng mijn zusje naar het vliegveld en rijd naar huis. Zelf heb ik nog 1 dag te gaan en ik ben dan ook van plan om nog 1 keer te stappen. Om 7 uur besluit ik eerst een uurtje te dutten omdat ik oud ben. Ik zet de wekker en doe mijn ogen dicht. Even later word ik wakker en is het op de een of andere wonderlijke manier 3:30 in de ochtend. Blijkbaar moest er geslapen worden.
Zondag is mijn laatste dag. We rijden nog een laatste keer naar het huis van mijn oma. Daar neem ik afscheid van een van mijn tantes. Zij heeft die woensdag haar laatste chemokuur gehad en heeft een zware week achter de rug. Ik bel mijn andere tante ook nog even om dag te zeggen. Dan gaan we weer naar huis zodat ik me kan klaarmaken voor vertrek.
Onder de douche huil ik uitgebreid. Ik voel me leeg van binnen. Ik wil eigenlijk niet terug naar Nederland. Ik wil bij mijn familie blijven. Ik wil blijven in het gevoel van samen. Samen verdriet, samen lachen. Natuurlijk mis ik Jan en mijn katten. Maar ik ben ook een beetje zenuwachtig dat ik me in Nederland dodelijk alleen ga voelen zonder die grote familie om te bellen, bezoeken, te rouwen.
Maar er is niks aan te doen. Ik stap de dreamliner weer in, op weg naar Curacao, om daarna naar Amsterdam te vliegen.
Op Curaçao wacht mij gelukkig een mooie verassing: mijn neefje blijkt al vanaf de ochtend op Curaçao te zitten, maar dezelfde vlucht naar Nederland te hebben als ik. Hij zit in Star Class (want er waren geen andere tickets meer), maar het is toch fijn dat we in elk geval op Curacao even samen kunnen wachten en in Nederland samen door het hele gebeuren heen kunnen.
We kletsen nog wat af en dan begint het laatste deel van de reis. Dat verloopt verder prima.
Nou ja prima…Behalve dat ene moment van turbulentie waarop het lijkt alsof het vliegtuig uit de lucht zal vallen. Er wordt hier en daar gegild. Wanneer het voorbij is, ben ik kotsmisselijk. 5 seconden lang zag ik mijn leven aan me voorbij flitsen en dacht ik aan mijn moeder die dan ook nog een dochter kwijt zou zijn. Na de duik die de dreamliner maakt, wordt er in het vliegtuig net iets te hard gelachen door iedereen. Wie in grote turbulentie heeft gezeten kent die zenuwachtige en bijna hysterische lach wel. De rest van de vlucht verloopt gelukkig zonder incidenten. En nadat ik op Schiphol 3 keer (!) door de security ben gegaan (waardoor ik me erg welkom voel), kan ik Jan eindelijk weer in de armen sluiten. We brengen mijn neefje nog even naar huis, maar dan is het eindelijk zo ver. Ik ben thuis.
=======================
Ik probeer nu al 2 dagen aan Jan uit te leggen hoe het was op Aruba. Ik heb de begrafenis van mijn oma, mijn opa en zijn oma meegemaakt. Maar ik heb nog nooit zoiets prachtigs meegemaakt als wat ik op Aruba heb gezien. Ik heb me nog nooit zo “samen” gevoeld als daar. Het laat zich niet uitleggen. De kans is groot dat niemand dit leest, want ik geef toe dat ik langdradig ben. Eerlijk gezegd heb ik het ook niet voor jou geschreven, maar voor mezelf. Om het niet te vergeten. Om het terug te kunnen lezen en weer te beleven.
Ik ben helemaal op en moe. Ik moet heel hard aan het werk en ik weet niet of het me allemaal lukt, nu ik een week lang helemaal niks kon doen en ik al achterliep voordat mijn oma stierf. En toch ben ik diep gelukkig dat ik erbij kon zijn. Dat ik er voor mijn moeder kon zijn en bij mijn familie kon zijn.
Toch ben ik blij – echt blij – dat ik dit allemaal heb gezien en gevoeld. En dat ik nu snap wat de waarde is van rituelen. Op het moment dat de pijn het scherpst is, houden ze je hoofd bezig, zodat je ziel zich kan voorbereiden. Ik ben nog steeds erg verdrietig en deze week en de komende tijd is en wordt lastig. En ik weet van mijn andere oma, dat er ook nog zo’n vreselijk moment komt. Dat moment dat je even vergeet dat iemand er niet meer is en dat je het dan opeens weer weet en het je raakt alsof het die dag is gebeurd. Maar wat er ook komt, ik heb altijd deze week op Aruba. En dat neemt niemand me meer af.
Dank je lieve familie en alle lieve vrienden (digitaal en irl) die meeleefden. Dank jullie maal duizend.
Mocht je tijd hebben. Dan hier ook de beelden die er zijn gemaakt.
Mooi, Doe je goed.
Dank je Ruurd!
Nee hoor, helemaal niet langdradig, ik vond het (alle 3 delen!) een prachtig verslag. En zend u nogmaals een batch troetelberenstralen, want het zijn nogal een boel emoties, zo bij elkaar. *zendt troetelberenstralen (type regenboog en klavertje vier)*
Dank je en je bent een doorzetter! 🙂 Ik ben trouwens gek op troetelbeerstralen! Vooral met honing (minder met hagedis)! 🙂
X.